De Eurovergunning wordt aangevraagd op de werkmaatschappij, de onderneming die daadwerkelijk de vervoersactiviteiten uitvoert. De werkmaatschappij moet aantonen te voldoen aan alle eisen, waaronder de eis van financiële draagkracht. Indien de voertuigen in een andere onderneming zitten, kunnen deze via een huurovereenkomst ter beschikking worden gesteld aan de werkmaatschappij.
Indien er sprake is van alleen binnenlands vervoer en de ondernemingen te beschouwen zijn als een fiscale eenheid in de zin van artikel 1.2, lid 4 van de Wet wegvervoer goederen (Wwg), dan kan één Eurovergunning voor al uw ondernemingen gelden.